Botontkalking voorkomen
Gepubliceerd door Irene van der Vuurst in Dieetcoach · 23 juni 2021
In Libelle 27 van dit jaar las ik een
artikel over valpreventie. Het artikel ging in op de oorzaken van vallen.
Verminderde mobiliteit werd als risicofactor genoemd en ook het gebruik van
medicatie. Om vallen en botbreuken te voorkomen werd aangeraden om in beweging
te blijven. Er stond helemaal niets in over hoe je botten gezond en sterk houdt
met gezonde voeding. Een gemiste kans, dus vandaar deze aanvulling.
Vroeger dachten wij dat
botgezondheid alleen te maken had met voldoende calcium (kalk) en vitamine D in
de voeding. En daarbij natuurlijk bewegen, bij voorkeur tegen de zwaartekracht
in, om de botten ook sterker te maken. Tegenwoordig weten wij beter. Botontkalking
heeft ook te maken met voldoende mineralen in de voeding en zorgen dat wij niet
verzuren. Botten bestaan uit twee soorten cellen: de osteoblasten en de
osteoclasten. De osteoblasten bouwen botten op de osteoclasten breken botten
af. Tot ongeveer ons 30e levensjaar zijn de osteoblasten in de
meerderheid en wordt botweefsel vooral opgebouwd. Dan is er een periode van botbehoud
en na ongeveer ons 50e levensjaar wordt botweefsel steeds een beetje
afgebroken, doordat de osteoclasten de overhand krijgen. Elk jaar vermindert
het botweefsel dan met 1%. De botten worden dan brozer en gevoeliger voor
breuk, bijvoorbeeld bij een val. Ons eetpatroon heeft invloed op de opbouw van
ons botweefsel, maar ook op de snelheid van afbraak. De mineralen calcium,
fosfor en magnesium zijn de bouwstoffen voor onze botten. Vitamine D en
vitamine K zijn nodig om calcium in het bot op te nemen en vitamine C houdt de
botten soepel door de vorming van collageen. Het mineraal zink helpt om nieuwe
botcellen te vormen. Een mooi samenspel dus. Bij ons huidige eetpatroon zijn
vooral de mineralen slecht vertegenwoordigd. Daarbij zorgt teveel suiker, te veel
vlees en een voeding met fosforzuur (bijvoorbeeld in frisdranken) voor
verzuring van ons lichaam. Als ons lichaam te zuur wordt, haalt het mineralen
en dan vooral calcium, uit de botten om de zuurgraad te verbeteren. Elk orgaan
en ook ons bloed heeft namelijk een optimale werking bij een bepaalde
zuurgraad. Zo ontstaat botontkalking dus sneller als iemand te weinig mineralen
uit groente, fruit, noten, zaden en aardappelen haalt. Ook te weinig drinken is
ongunstig omdat de nieren het zuur dan minder goed kunnen uitscheiden. Er
ontstaan soms ook teveel zuren in het lichaam bij een verkeerde ademhaling of
een slecht werkende darm. Ook stress werkt verzurend. Het gebruiken van extra
calcium werkt vaak niet goed omdat er een slecht opneembare calcium wordt
gebruikt. Bovendien gaat het om veel meer mineralen dan alleen calcium. En
zonder voldoende vitamine D en K wordt het niet eens in de botten opgenomen. In
het artikel stond overigens wel dat er bij vrouwen boven de 50 jaar 10
microgram extra vitamine D nodig is en bij alle ouderen boven de 70 jaar 20
microgram. Maar meten van vitamine D in het bloed is dan helemaal niet nodig
volgens de geïnterviewde arts. Dat is dan weer jammer, want sommige mensen
hebben veel meer vitamine D nodig om een goede spiegel in het bloed te krijgen.
Te veel alcohol, zout, koffie en roken kunnen de voordelen van een
optimale voeding overigens weer teniet doen. En ook tabaksrook (dus passief
meeroken) heeft een nadelige invloed op de botten. Wilt u meer weten? Neem
dan contact met ons op!