Nieuwe inzichten over sarcopenie

Ik kan mij voorstellen dat je denkt sarcopenie wat is dat nou weer. Bij sarcopenie verliezen wij spierkracht en gaat onze spierfunctie achteruit. Daarbij zie je vaak een buik ontstaan. Vaak gaat dit gepaard met overgewicht of obesitas, maar dat hoeft niet. Sarcopenie komt namelijk ook voor bij mensen met een normaal lichaamsgewicht.

Sarcopenie is een nog nagenoeg onbekend begrip. Sarcopenie hoort thuis in het rijtje ouderdomsziekten waarbij ontregeling van de stofwisseling en voedingstekorten een belangrijke rol spelen. Tegen ons veertigste levensjaar wordt het vaak merkbaar: kilo’s vet komen er bij, terwijl er kilo’s spier verdwijnen. Ons gewicht is slechts één indicator van sarcopenie, maar het is een duidelijk signaal dat de stofwisseling verandert. Op latere leeftijd kan dit leiden tot moeilijk opstaan uit de stoel, geen kracht meer in de handen, moeite hebben met staande activiteiten als koken, etc. Vaak is er een samenhang met gewrichtsziekten, botontkalking, (pre)diabetes en aderverkalking. Bij inactieve mensen voltrekt sarcopenie zich al vanaf hun dertigste levensjaar. Bij een normale veroudering gaat tussen de 50 en 70 jaar jaarlijks een halve tot twee procent van de spiermassa verloren. Vrouwen hebben een hoger risico op sarcopenie dan mannen. Door krachttraining, verhogen van de eiwitinname en voldoende vitamine D kan sarcopenie voorkomen worden. Ook andere voedingsstoffen zoals vitamine E, magnesium, ijzer en zink spelen een rol. Uit recent onderzoek blijkt dat vitamine B1 en B2 eveneens een rol spelen bij het verlagen van het risico op sarcopenie. Een ander langlopend onderzoek in Rotterdam onder 5888 ouderen laat zien dat sarcopenie ook meer sterfte veroorzaakt. Bij 2,2 procent van de onderzochte groep bleek sarcopenie vastgesteld. Daarbij is bij 5 procent van de groep is sarcopene obesitas vastgesteld. Hier spreek je van bij de combinatie van sarcopenie en obesitas. Daarnaast was er bij 11,1 procent van de groep waarschijnlijk sprake van sarcopenie omdat ze laag scoorden op handknijpkracht. Bij de deelnemers met waarschijnlijke sarcopenie was de kans op overlijden 29 procent hoger dan bij deelnemers zonder sarcopenie. Bij de ouderen met een bevestigde sarcopenie was de kans 93 procent hoger. Ernstige getallen dus, waarbij door de onderzoekers werd geconstateerd dat vroege preventieve maatregelen nodig zijn. Dit houdt in dat er voedingsadviezen en bewegingstraining nodig zijn om het begin van sarcopenie te vertragen en te behandelen. Vooral bij sarcopene obesitas is het raadzaam om volwaardig te eten. Deze groep zal de neiging hebben om minder calorieën te nemen, maar dat betekent in de meeste gevallen ook minder eiwitten, minder vitaminen en minder mineralen. Dit werkt het “verval” nog verder in de hand. Lichaamsbeweging, vooral krachttraining, is nodig. En daarbij voldoende eiwitten in de voeding. Eiwitrijke voeding bestaat uit vis, vlees, eieren, zuivel, noten en peulvruchten. Een eetpatroon dat hier heel goed bij past, is een milde koolhydraatbeperking. Dit eetpatroon bevat, mits goed uitgevoerd, meer eiwitten dan een gemiddelde voeding en je maakt gebruik van de juiste vetzuren. Een milde koolhydraatbeperking is voor de rest van je leven vol te houden en niet slechts een te streng en tijdelijk afslankdieet. Wilt je meer weten? Neem dan contact met ons op!